kofferbak en werden we om de haverklap naar de kampwinkel gestuurd om de koelelementen op te halen. 11 dingen die iedereen kent die ooit kampeerde in de jaren 80.
Was kamperen 30 jaar geleden echt anders dan nu? Uhhh ja! In de jaren 80 hadden wij niet alleen een enorme groene kubustent, onderweg naar Frankrijk hadden we geen gordel om, mocht ik een lekker bedje maken in de1. Kijken in je postvakje bij de receptie
Bij de receptie van de camping had je in de jaren 80 bij iedere camping een kast aan de muur hangen met 26 vakjes, gelabeld van A tot en met Z. Iedere dag ging ik met mijn zusje kijken of er post was, want natuurlijk hadden wij al onze familie en vrienden via een kaartje laten weten op welke camping we zaten. En ja, we kregen ook echt post! Verjaardagskaarten, soms de krant, maar ook vakantiekaartjes van anderen. Was er een spoedbericht dan belde men de campingeigenaar op en die zette dan op een briefje op het bulletinbord dat je naar huis moest bellen, omdat oma erg ziek was of dat de weeën bij je tante begonnen waren.
2. En maar wachten voor die grens
Pas in 1985 gingen de grenzen tussen Nederland, België, Luxenburg, West Duitsland en Frankrijk open. Daarvoor en voor veel landen ook nog daarna, duurde de reis vaak een stuk langer omdat je moest wachten voor de grens. Je paspoorten werden gecontroleerd en had je pech dan moest ook de kofferbak of de vouwwagen open. En dan maar hopen dat ze niet je voorraad goedkope alcohol vonden bij de Deense grens. Wij hebben eens vanaf de achterbank toe mogen kijken hoe onze ouders de hele vouwwagen bij de Deense grenspost moesten opzetten. We zagen mijn vader zweten. Wat was hij was bang dat ze zijn voorraad Beerenburg zouden vinden! Ook bij tolwegen kon je nog neit doorrijden en een milieusticker Frankrijk of milieusticker Duitsland bestond nog niet.
3. Campings omcirkelen in de campinggids
Thuis werden de interessante campings in de omgeving bij ons altijd al omcirkeld in de campinggids. Met de campinggids op schoot vertrokken we richting Frankrijk en daar reden we van camping naar camping. Mijn vader parkeerde de auto voor de slagboom, wij zaten gespannen en gaar achterin te wachten terwijl mijn moeder de receptie binnen rende en daarna weer snel terug. “Vol!” De campinggids ging weer open en op naar de volgende omcirkelde camping tot de slagboom een keer openging. Dat is tegenwoordig met de beschikbaarheid op internet en een mobiele telefoon toch echt makkelijker, maar wel minder spannend.
4. Met je kin op de wipwap
Heb jij er ook een vakantiesouvenir voor de rest van je leven aan overgehouden? De typische jaren 80 speeltuintjes met stalen schommel, gebogen klimrek en zandbak omgeven door stoepranden? Iedere vakantie was er wel een kind dat van het klimrek op de betonnen tegels was gevallen, zijn vingers tussen de ketting van de schommel had gekregen of met zijn kin op het handvat van de wipwap kwam. In de moderne speeltuin is het een stuk lastiger zo’n souvenir op te doen door de rubberen tegels en beschermde touwen van de schommel.
5. De jaren 80 bloemen stretcher
Ken je ze nog? De stretcher die van je moeder per sé mee moest, ookal wist je vader echt niet waar hij hem kwijt moest tussen de bagage? Wij hadden één met oranje met groen bloemenpatroon. Hij kraakte en piepte als je er op ging liggen en natuurlijk klapte de hoofdsteun op de meest onverwachte momenten naar beneden. Maar dankzij de stretcher waren er heerlijke middagdutjes. Lekker bakken in de zon met factor 4 of verkoelend in de schaduw.
6. Een luifel van parasols
Van een tarp hadden wij nog nooit gehoord en de meeste tenten werden nog zonder luifel geleverd. Dus hadden de meeste gezinnen meerdere parasols in hun bagage. Gemaakt van loodzwaar ijzer, met mooie bloemen- of psychedelisch streepjespatronen. Vaak werden er meerdere naast elkaar gezet voor de benodigde schaduw. Ik heb heel wat lego campertjes onder onze blauw met rode parasol in elkaar gezet.
7. Had jij ook een groen mepal servies?
Welke kleur camping servies hadden jullie? Als om een uur of zeven de Nederlanders op de Franse camping gingen eten, kwam overal hetzelfde mepal servies op tafel. De borden, het bestek en mokken waren op iedere campingtafel hetzelfde, alleen de kleur was anders. Oranje, bruin, soms weer met bloemen maar wij hadden, net als de meerderheid volgens mij, groen.
8. Je houdt de kaart op de kop!
‘We moeten hier links! Nee, volgens de kaart is München echt rechts! Je houdt de kaart op de kop? Dit is toch de E4?’ Met de kaart op schoot was het goed opletten en werd het vooral na 10 uur rijden, aangekomen op de kleine binnenweggetjes vaak ruzie. Een “Hoe ver is het nog?” vanaf de achterbank werd in kilometers beantwoord, niet in TomTom minuten. Dit nadat de kilometers naast de wegen op de kaart in een kwartier tijd bij elkaar opgeteld waren. Dan geeft zo’n TomTom toch echt wel rust, het redt menig relatie van een meltdown.
9. Sesamstraat voor het tentraam
Op veel campings zie je tegenwoordig rond een uur of negen de mensen in hun caravan verdwijnen. De TV of Ipad gaat dan aan. In de jaren 80 was dat echt slechts een enkeling. Wij hebben nog steeds geen TV mee op de camping, net als toen. Wel probeerde mijn vader het avondritueel van eerst Sesamstraat kijken, dan tandenpoetsen en naar bed er in te houden op de camping. Wij gingen samen met onze campingvriendjes voor de voortent van onze vouwwagen zitten. Mijn vader deed daarna binnen in de tent de gordijnen open en speelde in zijn ééntje Tommy, Pino en Sien voor ons. Een heerlijke herinnering.
10. WC rol onder je arm
De WC rol hing in onze tent aan een touw in de voortent. Ging je naar het toiletgebouw dan hing je hem gewoon om je nek. Dat deed iedereen. Want in het toiletgebouw was geen WC papier te bekennen. Dat hoorde bij kamperen. Je komt ze nu echt nog zelden tegen, campings waar geen WC papier aanwezig is in het toiletgebouw. Op steeds meer campings kun je zelfs plekken vinden met privé sanitair. Wat mij betreft geen reden om nostalgisch van te worden.
11. Zweten van het opzetten van een klein tentje
Je tent opzetten was een ding. Het was zweten, de boel stortte vaak halverwege minimaal één keer in en het duurde echt wel even voordat er iets stond waar je in kon slapen. Zelfs een klein tweepersoons tentje kostte je al snel 20 minuten om op te zetten. Dan heeft de jeugd het tegenwoordig met de popup tenten die binnen twee minuten staan wel erg makkelijk. Maar zouden ze zich ook nog net zo trots voelen als ik, toen ik voor de eerste keer mijn eigen tent had opgezet?
Voor mij zijn ook de percolator koffie, achterin zonder gordel en de raamstickers in de auto echt typisch voor kamperen in de jaren 80. Kamperen is sindsdien op een aantal fronten echt wel makkelijker geworden, Op de charme van het ontvangen van een kaartje in je eigen postvakje op je camping na roept het bij mij weinig heimwee op. Wel mooie herinneringen!
Wat is jouw typische jaren 80 kampeerherinnering?
Like de Kampeermeneer facebookpagin en blijf op de hoogte van de laatste kampeer- en camping tips.
koelelementen omwisselen bij de receptie, koken op 1 pitje butagas, van die platte gele matjes, erdman schmidt tentjes met 100 haringen, plastic jeu de boules ballen……
Die gele matjes inderdaad en ik moet daardoor nu ook ineens denken aan die grijze noppenmatjes hoewel die volgens mij eerder begin jaren 90 helemaal in waren omdat ze zo comfortabel waren.
Mijn moeders eenpans goed gevulde pannenkoeken op 1 pits butagasstelletje hoezo scottelbraai..nog nooit van gehoord . Die rubberen opblaasbedden met laagje stof erom heen en zo’n rubberen stop erin die je heel goed moest aanduwen en douchen met muntjes . Muntje oo warm water weg..:)
Die muntdouches zijn inderdaad ook een uitstervend ras. En de éénpansgerechten bestonden bij ons uit elleboogjes macaroni met smack. Ik gruwel nu al bij de gedachte.
Ik mis er nog een paar:
– bellen naar het thuisfront met zo’n Franse munttelefoon. Als een razende Franse Francs in een gleuf proppen om nog net ‘we zijn er hoor, ja alles goed! Hoe het plaatsje heet? Eh , iets met Eglise of plage of ehm wacht even hoor, dan kijk ik even in de gids…klik…hallo? Hallo!?’
– luisteren naar de Wereldomroep. Vooral naar de noodoproepen van de ANWB en de internationale weerberichten. Was het vinden van de juiste frequentie al een hele uitdaging, inschakelen op het juiste moment was helemaal een kunst apart.
– Geldwisselkantoren en Eurocheques. ‘O jee, we hebben nog maar 80 franc, hoe moet nou dat bij het volgende poortje van de peage?’
jaah Geldwisselkantoren en inderdaad er pas achter komen dat je geld bijna op was op een zondagmorgen bij het bestellen van de deux pain. Best handig al die geldautomaten.
Jouw vader die op Vlieland een geweldige voorstelling gaf in de tent op Stortemelk. Iedereen deed een stukje of optreden. Heel grappig. Sweet memories!
Ik kan me ook nog herinneren dat er daar een avondverhaal verteld werd door Ragebol en dat we de helft van de vakantie in vuilniszakken rond hebben gelopen omdat we de regenpakken vergeten waren. Mooie herinneringen!
De oranje stoffen klapstoeltjes en de campingmargarine in blik.
Wat ik me ook herinner was dat zelfs de Fanta anders was in Spanje, smaakte veel lekkerder en was anders van kleur dan in Nederland! Toen at je zoals de inwoners van dat land aten. De schappen van de supermarkt waren toen nog niet gevuld met producten uit andere landen. En al helemaal geen Nederlandse spullen.
Oeh ja, die boter!
In de rij bij de telefooncel om oma te bellen ??
Campingboter uit blik (om te gruwelen).
Soepkarren, en dan met een lege pan soep halen bij zo’n kar.
3es cola, sinas of seven up onder de vouwwagen leggen, want daar was het lekker koel.
Ouders die de eerste 2 dagen veel op bed lagen met rugklachten van het opzetten van de Alpen Kreuzer.
Ezelen! Het leukste kaartspel wat er toen bestond.
Voor de telefoon moesten we kwartjes sparen. Er gingen trafel cheques en giro kaarten mee. Voldoende geld mee nemen, want als met je goro kaart naar de bank moest om bij te halen kon dat alleen bij de bank. In het buitenland werdt er dan door de bank eerst naar Nederland gebeld of er wel genoeg geld op je rekening stond. Op de motor met zijspan op vakantie naar Limburg, tussen je vader en moeder of voor op tank op de motor zitten, broer zus in de zijspan, tent achterop het bagage rekje, met z’n allen in een punttentje slapen bij late aankomst slapen in de hooischuur. Autobank uit de auto halen om voor d tent te zetten.
Mooie herinnering aan een piepkleine camping midden in Nice, vlakbij t strand. Kantine met terras en lange tafel, supergezellig. Weet iemand mss waar die camping lag?