Zuid-Jutland (in het Deens: Sønderjylland) heeft veel te bieden. Natuurlijk zijn er de bekende grote attracties zoals Legoland en Givskud Zoo, maar wist je dat ze er ook heel veel kleinere dingen hebben die geweldig zijn om te doen? Samen met mijn familie bracht ik een actief weekje door in de regio en in deze blog deel ik zeven tips.
1. Ga boogschieten bij Haderslev
In de bossen bij Haderslev vind je Pamhule Jagt og Buegrej. Bij deze boogschietbaan, waar ook de kampioenen van Denemarken geregeld trainen, schiet je op dieren van foam. Moeilijk? Dat dachten wij ook, maar het valt reuze mee. Je krijgt van een expert een uitgebreide introductie op een oefenbaantje, inclusief tips en tricks om beter te leren schieten. Het hielp: Na eerst een paar missers wisten we de oefendieren met behoorlijk wat pijlen te doorboren.
Daarna komt het echte werk. Tussen de bomen liggen baantjes met allerlei bosdieren. Wij beginnen bij een das. Gelijk een moeilijke, volgens de instructeur. We spannen onze bogen en schieten. Mis!
Nog wat tips van de instructeur dan maar. En ja hoor… onze derde pijl doorboort het foamdier. Met een stuk meer zelfvertrouwen wandelen we naar het volgende beest en het gaat steeds beter. De kinderen krijgen er steeds meer lol in en veel sneller dan we willen gaan er twee uur voorbij. Duidelijk dat dit iets is om vaker te doen!
2. Klim op een spoorfiets naar Hammelev
Ook leuk om te doen in Haderslev is spoorfietsen. Naast het rijtuigenmuseum in deze plaats ligt namelijk een in onbruik geraakte spoorbaan. Sinds 2020 kun je over dit spoorlijntje een traject van ongeveer 6 kilometer per spoorfiets afleggen. Eén iemand trapt, de ander ernaast, een paar korte instructies en gaan!
Het eerste stukje kent een paar wissels en dat vraagt wat stuurmanskunst om niet te ontsporen, maar als je daar eenmaal overheen bent gaat het als een… trein. We kruisen een paar wegen waar we zelf de slagboom moeten bedienen en dan trappen we dwars door de natuur. Voor ons springt een ree verstoord de rails over.
En dan, na een klein uurtje: station Hammelev, eindpunt van de lijn. Hier geen koffie, maar wel een stationnetje dat er bij ligt alsof de stationschef er twintig jaar geleden is weggelopen en er sindsdien niets meer is veranderd. Spoorboeken op een tafel, magazines met aanbiedingen voor verre treinreizen in de kast. Bijzonder dat dit zo kan bestaan.
Een paar keer per jaar wordt het station overigens nog wel door een echte trein aangedaan. Dan rijdt een historische stoomtrein het traject en natuurlijk kan er op die momenten niet gespoorfietst worden. Vandaag komt het echter op spierkracht aan. Met vereende krachten tillen wij de spoorfiets van de rails en draaien hem om. Terug op de trappers, in volle vaart naar Haderslev.
3. Kamperen op Store Okseø
Tegenover de in heel Zuid-Jutland befaamde Annies Kiosk in Krusaa vertrekt tijdens de zomermaanden een veerpont. Niet dat je hem direct herkent als veer, het is namelijk slechts een klein bootje met plek voor 8 voetgangers. Geen auto’s, geen fietsen. Het veer brengt je naar Store Okseø, een (anders dan de naam doet vermoeden) klein onbewoond eiland op een paar kilometer uit de kust.
Je wandelt er in een uurtje omheen, kunt er fijn picknicken op een veldje of stenen zoeken op een van de strandjes. Voor de geocachers onder ons liggen er twee caches verstopt. Ben je echt avontuurlijk ingesteld? Blijf er dan een nachtje slapen! Op het eiland staan namelijk een aantal primitieve schuilhutten en er is ook plek voor een beperkt aantal tentjes. Wel even reserveren en vergeet geen eten en water mee te nemen, want er zijn geen voorzieningen op het eiland en de pont vaart maar een paar keer per dag.
4. Wandel de Gendarmstien
Met haar vele meren en licht glooiende landschappen is Zuid-Jutland niet alleen een plek om te fietsen, maar ook om schitterende wandeltochten te maken. Wat mij betreft is de Gendarmstien bij Sønderborg echt een topper. Deze route van 84 kilometer loopt langs de voormalige Deense grens, en neemt je mee in de voetsporen van de smokkelaars en douaniers die elkaar in dit gebied halverwege de 19e eeuw het leven zuur maakten.
Het niet al te moeilijk bewandelbare wandelpad voert de ene keer langs de branding van een meer, dan weer door de velden of door de bossen. Onderweg zijn er verschillende plekken waar je kunt overnachten op eenvoudige bivakplaatsen, maar er zijn ook taxidiensten die je na afloop van een etappe weer terug naar het begin kunnen brengen. Handig!
Bonustip!
Bonustip voor als je de Gendarmstien te lang vindt: Bezoek de bijzondere uitkijktoren “de laars”, ook in de buurt van Sønderborg. Vanaf hier is een aantal kortere wandelingen te maken. En zeg nou zelf: die uitkijktoren is toch al een bezoek op zichzelf waard?
5. Verken nachtelijk Aabenraa met de nachtwacht
Aabenraa is een kleine havenstad aan het – hoe kan het ook anders – Aabenraa fjord. Dit fjord grenst direct aan het 18e-eeuwse centrum, en het fijne is dat er daardoor een lekker stadsstrand is waar je goed kunt zwemmen. Daarna slenter je door de winkelstraat en eet je een ijsje bij een van de ijssalons.
Ook ’s avonds is het stadje leuk. Je kunt er dan namelijk op pad met de nachtwacht. Daarbij leidt een verklede gids je door de stad en krijg je een aantal verborgen plekjes te zien, die in het donker nog net even wat bijzonderder zijn. Informeer, tenzij je vloeiend Deens spreekt natuurlijk, wel van tevoren of er een Duits- of Engelssprekende nachtwacht is, want dat is niet altijd het geval.
6. Kitesurfen bij Drejby Strand Camping
Hoewel wij zelf niet zulke watersporters zijn, wil ik jullie deze tip toch niet onthouden. Vlak bij Drejby Strand Camping ligt één van de kitesurf-hotspots van Denemarken. Het mooie van deze plek aan de voet van de dam naar het schiereiland Kegnaes is dat je twee totaal verschillende plekken vlak bij elkaar hebt: aan de ene kant fijne golven op het Flensburg Fjord, aan de andere kant een ondiep meer achter een dam.
Hierdoor is het zowel een mooie plek voor gevorderden als om de sport veilig onder de knie te krijgen. Je uitrusting kun je huren bij een kantoortje naast de camping, en daar kun je ook een afspraak maken voor een instructie.
Ben je, zoals ik, niet zo van het watersporten, dan is er bij de camping een bijna Engels aandoend café met lekkere scones, waar je de hele middag kunt doorbrengen.
7. Doe een fietsrondje Kegnaes
En nu ik het toch over Kegnaes heb: dit niet al te grote schiereiland is bij uitstek geschikt voor een dagje fietsen. De wegenstructuur is zo dat je precies via de ene weg heen en de andere weg terug kunt rijden, een tochtje van een kleine 20 kilometer.
Er wonen alles bij elkaar nog geen 1000 mensen en zelfs in het hoogseizoen is het hier rustig. Op het Zuid-Jutlandse eiland zijn behoorlijk wat kunstenaars gevestigd en dat merk je: in de verspreide boerderijen vind je ateliers en galerieën. Ook vind je hier brede stranden en een aantal kleinschalige boerencampings. Het dorpje Sønderby met haar witte kerkje ligt helemaal aan het eind van het eiland en is leuk om even doorheen te lopen.
Wil je genieten van het uitzicht? Beklim dan de Kegnaes Fyr, de vuurtoren gelegen op een strategische plek aan het begin van de dam. Binnenin is een kleine tentoonstelling. Via een stenen wenteltrap klim je naar boven en via een heel klein luikje kom je vervolgens buiten. Je snapt dan ook gelijk waarom er onder aan de toren een militaire post is gevestigd: Je kunt in alle richtingen echt geweldig ver kijken!
Tijdens mijn weekje op Sønderjylland kampeerden we met onze tent op een drietal campings in Haderslev, Rinkenaes, Aabenraa en Drejby. We verplaatsten ons per fiets langs een deel van de Oostzee fietsroute.
Lees ook onze tips over kamperen in Denemarken en voor de regio’s” West-Jutland, f Sonderjylland en Ringkobing. .
reageer