plekken van Campspace en een paar natuurkampeerterreinen. Van Noord-Limburg naar Brabant en daarna door Gelderland terug naar huis. In deze blog deel 2 van de fietstocht, met Veluwse heuvels en het prachtige coulisselandschap van de Achterhoek. En steeds weer heerlijke plekken om ons tentje op te slaan.
Twee weken lang fietsten wij met onze dochters langsDe route
Het eerste deel leidde ons door Noord Limburg naar de Betuwe. Ook in het tweede deel fietsen we maximaal 50 kilometer per dag. Zo is er genoeg tijd om onderweg af en toe af te stappen en houden we het voor iedereen leuk. De etappes zijn:
Kesteren – Otterlo (39 km)
Otterlo – Wenum Wiesel (38 km)
Wenum Wiesel – Laren (50 km)
Laren – Vorden (36 km)
Vorden – De Steeg (39 km)
De Steeg – Nijmegen (44 km)
Den Ouden Dam was klein, maar o zo fijn
Als we ‘s ochtends ons tentje openritsen op natuurkampeerterrein Den Ouden Dam in Kesteren, schijnt het zonnetje ons tegemoet. Wat hebben we lekker geslapen op dit kleine, maar fijne natuurkampeerterrein. De kinderen zijn ook wakker en hebben er weer zin in. Even ontbijten met boterhammen en een eitje en de tent inpakken, en dan op pad. Vandaag, de zevende dag van onze fietsvakantie, gaan we de ruimte van het Rivierenland verruilen voor de bossen van de Veluwe. Bij Rhenen steken we de Rijn over en via natuurgebied Blauwe Kamer en de Binnenveldse Hooilanden fietsen we de Veluwe op.
Regen, dus tijd voor koffie en taart
Terwijl we gestaag naar Ede aan het klimmen zijn, betrekt de lucht en begint het te miezeren. Van die kleffe regen waar je dus wel nat van wordt. De regenbroeken gaan aan, terwijl het daar dan weer eigenlijk net te warm voor is. Ploeterend gaan we richting Landgoed Hoekelum. Daar zit De Koffiekamer, een goede plek voor koffie of warme chocomel met taart onder een tarp.
Met de zoetigheid achter de kiezen kunnen we er weer tegenaan. De regen is opgehouden en ons tempo versnelt. Bij boerderij Mossel kunnen we de verleiding van nog een kop koffie niet weerstaan en strijken we neer op het terras. Tegelijk met ons komt er een paardenclub aan die zijn paarden stalt in de bij de boerderij beschikbare boxen. Handig!
Terwijl de paardenclub uitgebreid gaat lunchen met kroketten, nemen wij onze laatste teug koffie. Nog vijf kilometer te gaan naar natuurcamping Beek en Hei.
Rust en ruimte in toeristisch Otterlo
Hoewel Camping Beek en Hei middenin het toeristische Otterlo ligt en het in deze tijd van het jaar best druk is, heerst er toch een soort van rust op het terrein. Je kunt er op allerlei velden kamperen. Het Zwijnenbos, waar je vrij in kunt kamperen, ziet er heel goed uit, maar desondanks kiezen we voor een plekje op het natuurkampeerterrein. Ook dat ligt in het bos, maar het formaat tenten dat er staat, is er net wat kleiner en dus meer passend bij onze fietskampeertent.
Het sanitair van het natuurkampeerterrein is simpel en zelfs wat krap voor de grootte van het natuurkampeerterrein. Gelukkig ligt vlakbij ook het grote sanitairgebouw van de camping. Dat mag je als natuurkampeerder ook gebruiken en zo is er een fijne uitwijk en hoef je nooit te wachten op de douche.
Otterlo-Centrum en het Nationaal Park liggen op loopafstand
Het centrum van Otterlo, vanaf de camping goed beloopbaar, wordt gevormd door een aantal restaurantjes, hotels en winkels met campingbenodigdheden. Ook is er een supermarkt, maar let op: niet open op zondag. Een klein stukje verderop ligt de ingang van het Nationaal Park Hoge Veluwe met zijn witte fietsen en het Kröller Mollermuseum. Zeker een bezoek waard, maar wij hebben een andere missie.
Lukt het ons de Veluwe te redden?
Bij Otterlo Events gaan wij namelijk het bos van de Veluwe redden van de ondergang. En dat kan alleen maar door binnen één uur ergens een levende wolf te vinden. In een vrachtwagen. Dit klinkt vast vaag, maar het wordt vast duidelijker als je weet dat het hier om een escaperoom gaat. Een uur de tijd en dan proberen om ergens in de vrachtauto een wolf te vinden. Over de inhoud van het spel kunnen we verder natuurlijk niks uit de doeken doen, maar voor ons was het uur net te kort en de Veluwe ging roemloos ten onder. Hopelijk doen anderen het beter!
Zet je tent op in de paardenwei
De volgende dag rijden we een fantastisch mooie route, dwars over de Veluwe. We passeren het Kootwijkerzand en beklimmen er de uitkijktoren. Daarna verder naar boven, via de Koninklijke bossen van het Loo richting Hoog Soeren. Bij het kerkje blazen we even uit en dan zijn we klaar voor de afdaling naar Wenum-Wiesel, een buurtschap boven Apeldoorn.
De campspace van Wenum-Wiesel herkennen we al van verre. Er staan meerdere tentjes en er staat zelfs een kant-en-klare Saharatent. Naast de kampeerplekken is een wei met paarden; het heet natuurlijk niet voor niks “overnachten in het weiland tussen de pony’s”. De dieren worden liefdevol verzorgd door campspace-eigenaresse Jolanda. Onze dochters, die toch echt geen paardenmeisjes zijn, staan even te kijken. En dan komt de uitnodiging voor een rondje op het paard. Dat slaan ze niet af!
Een “per ongeluk” ontstane campspace
Jolanda vertelt dat ze in coronatijd de vraag van kennissen kreeg of er niet in haar weiland gekampeerd kon worden. En toen er eenmaal een tent stond, kwam de volgende aanvraag als vanzelf. En daarna nog een, en nog een. Om het allemaal te kanaliseren besloot Jolanda zich bij campspace aan te melden. Zo kon ze makkelijker bijhouden wie er wanneer zou komen en kon ze ervoor zorgen dat iedere kampeerder een eigen stukje weiland kreeg.
Door de onverwachte toeloop is het met de voorzieningen een beetje behelpen. Het is er allemaal wel, maar het is allemaal nog in opbouw. Als er iemand aan het douchen is, is bijvoorbeeld ook het toilet bezet. Gelukkig is er voor die hoge nood nog een portapotti in een caravan beschikbaar.
Anders dan in De Mortel heeft Jolanda geen ambities om door te groeien tot een camping. Ze vindt het vooral gezellig om mensen om haar heen te hebben en deze te laten genieten van de omgeving en de rust.
En weer in het zadel, op naar de Larense gastvrijheid
Na het ochtendritueel van ontbijt en inpakken zwaait Jolanda ons uit en zetten wij koers richting Laren. Pauze in Twello en dan dwars door de koekstad Deventer in de richting van het Achterhoekse Laren, met langs de route een paar erg mooie geocaches.
In Laren wacht ons de campspace van Peter, een gepensioneerd politieman. In zijn enorme tuin, waar ook geiten en kippen grazen, ontvangt hij graag gasten. En hoe! Bij aankomst wordt er koffie en limonade gebracht en terwijl wij onze tent opzetten, zet Peter met zijn vrouw een toilettent voor ons neer. Om even later weer terug te komen met een kruiwagen met hout en marshmellows met koekjes, want “jullie houden vast wel van een kampvuurtje”. Wat een gastvrijheid.
Als de avond valt en ons vuurtje knappert, bekijken we de route voor de volgende dag. Naar Vorden is een kort stukje, concluderen we. Daarom besluiten we tot een ommetje via Lochem en Ruurlo. Dan doven we het vuur en kruipen de slaapzak in.
Op deze campspace komen we nog eens terug
‘s Ochtends voeren de kinderen de geiten en daarna fietsen we met de belofte nog eens terug te komen weg bij Peter. Dwars door het centrum van Lochem, langs de Sint Gudulakerk. Dan via Ruurlo met zijn kasteel en het doolhof naar Kranenburg bij Vorden. Daar eindigen we de dag op camping Wientjesvoort-Zuid.
Een alternatieve camping met bijzondere sfeer
Als we Wientjesvoort oprijden, hebben we gelijk door dat het een bijzondere plek is. Er heerst een beetje een festival-sfeer, met yurts, tipi’s en veel kleine tentjes. In een soort barak een paar toiletten en een douche, een buitendouche, een foodtruck. Mensen lopen op blote voeten en kinderen doen spelletjes op het middenveld. We melden ons bij een tafel onder een grote tarp en horen dat we ons tentje overal mogen opzetten, er is plek genoeg. En dat klopt, wat het terrein is groot. Er zijn allerlei paadjes en steeds ontdek je weer een nieuw veldje met een paar tenten. Wij vinden een stekje naast een grote tipi tent. Een stukje verderop wordt in een circustent een workshop over essentiële waarheden gegeven. We spieken even om de hoek van de tent en luisteren mee. Het geeft stof tot nadenken.
Omdat het warm is, besluiten we geheel in festivalsfeer niet in, maar buiten de tent te gaan liggen. We blikken naar de sterren en luisteren naar de gesprekken van mensen die terugkomen van de workshop, in het donker zoekend naar hun tentje. En dan vallen we in slaap.
Via het kleinste stadje terug naar de Veluwe
De volgende ochtend is het alweer tijd om door te gaan. We rijden via Vorden naar Bronckhorst, het kleinste stadje van Nederland. Dan pakken we de pont over de IJssel en zo belanden we weer op de Veluwe. Opeens zijn er weer heuvels. Bij pannenkoekrestaurant de Carolinahoeve zetten we ons even op het terras voor een ijsje, en dan sjezen we terug de IJsselvallei in, op weg naar de laatste campspace van onze vakantie, in De Steeg.
Slapen naast het spoor, maar toch in een soort van rust
De campspace van Bartele en Monique ligt aan de voet van de Postbank. Het duo is zelf niet thuis, maar wij kunnen ons tentje onder de platanen in de tuin neerzetten, fijn in de schaduw. Het is opnieuw een bijzondere plek: pal naast het spoor met acht keer per uur een trein, maar op de een of andere manier toch rustig. Komt het door de hoge bomen, of het statige huis? We weten het niet. In ieder geval hebben wij totaal geen last van de trein.
Voor het sanitair kunnen we gebruikmaken van een gastenkamer naast het huis. Er is een keukentje en we kunnen er koffie en thee zetten, echt van alle gemakken voorzien dus.
‘s Avonds babbelen we gezellig met de oppasser op het huis, een jonge Irakese muzikant. Hij heeft een indrukwekkend levensverhaal en is blij om in Nederland te zijn. Hij blijkt volledig ingeburgerd, want morgen gaat hij op de fiets naar Utrecht. Alleen als wij vervolgens over het warme weer beginnen, vraagt hij wat we bedoelen. Het is toch juist een heerlijk temperatuurtje?
De eindetappe, het zit erop!
En dan is de laatste dag van ons avontuur aangebroken. Via het bezoekerscentrum Veluwezoom van Natuurmonumenten rijden we naar het het Herikhuizerveld, waar de heide al langzaam paars begint te kleuren. En dan zoeven we de berg af, het stedelijke Arnhem in, op weg naar ons huis in Nijmegen.
En dan de terugblik: wat vonden we ervan?
Eenmaal thuis, met alles weer opgeruimd en gewassen, blikken we terug op de twee weken. Man, wat hebben we veel beleefd en wat was het weer superleuk om bij mensen in de tuin te kamperen. Steeds is het weer een verrassing waar je terecht komt. Het boeken en betalen via Campspace verliep heel gemakkelijk.
Wel merkten we wat groeistuipen. Zo werd tijdens onze reis de app een keer geüpdatet, dat was geen verbetering. De huisnummers van de campspaces waren namelijk niet meer zichtbaar. Da’s best lastig bij een straat van een paar kilometer lang. Ook waren bij de boekingen de kosten niet gelijk altijd even duidelijk, en daar hoorden we wat meer mensen over. De prijzen lijken naarmate je boeking vordert, soms omhoog te gaan, omdat je met meerdere personen bent of op een bepaalde tijd ergens wilt zijn. Eigenlijk net zoals bij hotelbookingsites wel gebeurt, maar hier is het wel iets om in de gaten te houden. We hebben dit ook aan Campspace gemeld en zij pakten onze opmerkingen altijd keurig op. Zelf geven ze aan dat er nog steeds gewerkt wordt aan verbeteringen.
Wat heel fijn is, is de vrijheid die Campspace geeft. Dit soort bijzondere plekjes vind je normaal gesproken lastig, behalve als je op de bonnefooi ergens aanbelt. En dan is het ook nog maar afwachten. Met Campspace krijg je toch een soort van zekerheid, een soort “georganiseerd avontuur”, zou je het kunnen noemen. En zeker fietsend met kinderen is dat heel erg prettig. Campspace, bedankt.
reageer